Pulsvisserij niet meer toegelaten in twaalfmijlszone

Vlaams minister voor Landbouw en Visserij Koen Van den Heuvel verbiedt pulsvisserij in de Belgische twaalfmijlszone. Het verbod ging van kracht op 14 augustus van dit jaar en hiermee vaardigt België, net als Frankrijk, het Europese verbod dat van kracht gaat op 1 juli 2021 vervroegd uit.

Minister Van den Heuvel argumenteert dat de techniek, die nu voornamelijk door Nederlandse vissersvaartuigen wordt uitgevoerd, zorgt voor oneerlijke concurrentie met andere vissers binnen dit deel van de Belgische Noordzee. Overtreders zullen vanaf nu geverbaliseerd en vervolgd worden. Het verbod kwam tot stand na consultaties van de Belgische kustvissers en recreatieve zeevissers. Ook pulsvisserij voor onderzoek en experimenten wordt niet meer toegestaan. Toekomstig onderzoek dient zich nu te richten op een verhoogde selectiviteit en overleving en technieken die bodemberoering verminderen. Daarnaast zal ook onderzoek gedaan worden naar alternatieven zoals tijdelijke en plaatselijke visverboden, aanpassingen aan het marien ruimtelijk plan, etc. ten behoeve van een flankerend beleid.

Het effect van dit verbod voor de Belgische vissersvloot blijft evenwel klein aangezien de Belgische vissersvloot beperkt actief is in de Belgische Noordzee en zich eerder toelegt op lichtere schepen en andere duurzame technieken (Emiel Brouckaert, Redercentrale). Nederland daarentegen heeft zo’n 80 schepen die uitgerust zijn met deze techniek. Hier luidt de argumentatie dat de pulstechniek t.o.v. sleeptechnieken de zeebodem beter beschermd waardoor ook minder brandstof vereist is en bijgevolg minder COwordt uitgestoten.

Voor de verklaring van de minister kan u hier terecht.

(c) ILVO

Actualisatie cijfergegevens

Vanaf vandaag (9 juli) kunt u de voornaamste cijfergegevens en grafieken uit het rapport ‘Recreatieve zeevisserij in België anno 2018 – Feiten en cijfers‘ tevens digitaal raadplegen via de website www.recreatievezeevisserij.be. Enkele van de interactieve grafiekmodules op de website werden vervangen door statische grafieken die de kerninformatie op een zo overzichtlijk mogelijke wijze overbrengen. De website voorziet in een ruwe beschrijving van het monitoringsprotocol, maar voor gedetailleerde informatie over de gehanteerde methodologie raden wij u aan het bovenvermelde rapport te raadplegen.

Studiedag Vissen in het verleden 2019

Noteer alvast vrijdag 25 oktober 2019 in je agenda. De vijfde editie van de studiedag Vissen in het Verleden komt eraan in een vernieuwd jasje: opnieuw een volledige dag én in het NAVIGO-museum in Oostduinkerke. Deze keer focust de studiedag op de geschiedenis van de strandvisserij, en wordt ook een uitstapje gemaakt naar de pulskorvisserij.


De studiedag Vissen in het Verleden richt zich tot iedereen die het warm krijgt van het rijke verleden van onze zeevisserij: van geschiedkundigen tot visserijbiologen, van archeologen tot sociologen, van erfgoeddeskundigen tot heemkundigen en andere geïnteresseerden. Na een voormiddag met klassieke lezingen, is het in de namiddag traditiegetrouw weer tijd voor ‘de Cierk’. Tijdens deze interactieve sessie worden met een tiental korte voordrachten van maximum 5 minuten verassende histories uit ons visserijverleden gedeeld. Aan de hand van leuke weetjes, boeken, objecten, beeldmateriaal, citaten, … krijgen we zo boeiende maar vaak in de vergetelheid geraakte visserijverhalen te horen. Om deze sessie in te vullen, zijn we nog op zoek naar wetenswaardige bijdragen over strandvisserij, en daarvoor kijken we naar jullie. Ken jij nog een fijne anekdote? Wil je meer uitleg geven bij een interessant krantenknipsel of ander document? Deed jij ooit een bijzondere vondst op het strand? Wil je een foto of filmfragment bespreken? Alle voorstellen mogen doorgestuurd worden naar info@navigomuseum.be. Wie trouwens eens wil snuisteren in voorbije ‘Cierk’-histories: alles kan teruggevonden worden op www.vliz.be/zeevisserij.


Link: www.navigomuseum.be/nl/studiedag-vissen-het-verleden

Recreatieve Zeevisserijrapport 2018 gepubliceerd

In 2018 waren de naar schatting 2.900 Belgische recreatieve zeevissers goed voor een totale aanvoer van 169 ton zeevis en 102 ton grijze garnaal. Dit blijkt uit de eerste officiële rapportage die zich richt op de ecologische en socio-economische impact van de Belgische recreatieve zeevisserij. Hiermee vertegenwoordigt de recreatieve zeevisserssector 3,7% van de totale aanvoer (commercieel en recreatief) uit het Belgisch deel van de Noordzee. De direct uitgaven van de sector worden geraamd op minstens 8,6 miljoen euro op jaarbasis. Het volledige rapport kunt u hier consulteren.

Het Belgisch monitoringsprogramma voor de recreatieve zeevisserij voorziet voor de eerste maal in wetenschappelijk onderbouwde gegevens over deze tot voor kort weinig gekende sector. Het programma voorziet in intensieve veldsurveys en een unieke grootschalige samenwerking met de recreatieve zeevissersgemeenschap. De complexe en geïntegreerde verwerkingsmethoden vormen een dynamisch gegeven en zullen waar nodig op continue basis worden geoptimaliseerd. De unieke Belgische situatie op het vlak van kustlijndimensies (67 km) creëert een uitgelezen opportuniteit tot een brede gebiedsdekkende aanwezigheid van onderzoekers op het terrein van de recreatieve zeevissers, wat het mogelijk maakt de bekomen resultaten te toetsen aan de realiteit. Op deze wijze kan geconcludeerd worden dat, niettegenstaande de huidige analysemethodes niet in steen zijn gehouwen, deze eerste resultaten een betrouwbaar beeld vormen van de recreatieve zeevisserijsector op het vlak van het ruimtegebruik, de ecologische impact en de socio-economische dimensie.

De resultaten geven een unieke kijk op het ruimtegebruik van de recreatieve zeevisserijsector op Belgisch grondgebied, een belangrijk gegeven voor de beleidsmakers en stakeholders betrokken in het mariene ruimtelijke planningsproces en geïntegreerd kustbeheer. De vangstresultaten wijzen op een totale recreatieve aanvoer van zeeproducten in 2018 van 271 ton, waarvan 102 ton grijze garnaal. Naast deze laatste zijn de voornaamste doelsoorten wijting, schar, tong, kabeljauw en makreel. De recreatieve aanvoer vertegenwoordigt 3,7% van de totale aanvoer (commercieel + recreatief) uit het Belgisch deel van de Noordzee. De aandelen in de ‘top 3-soorten’ voor de commerciële visserij, zijnde tong, schol en grijze garnaal, bedragen respectievelijk 1%, <1% en 7%.

De recreatieve visserij op het Belgisch deel van de Noordzee is hoofdzakelijk gericht op persoonlijke consumptie en is slechts in beperkte mate (zeebaars) gericht op catch & release. In buitenlandse wateren (voornamelijk Noorwegen met focus op kabeljauw) wordt het catch & release principe daarentegen wel veelvuldig toegepast.

De grootteorde van de recreatieve zeevissersgemeenschap wordt geraamd op 2.900 individuen, voor twee derde bestaande uit West-Vlamingen met een gemiddelde leeftijd van zo’n 56 jaar. De directe uitgaven van de sector worden geschat op minimum 8,6 miljoen euro op jaarbasis. De niet onbelangrijke indirecte en geïnduceerde economische waarden werden tot op heden nog niet in kaart gebracht.

Het huidige programma kadert binnen het Maatregelenprogramma van de Kaderrichtlijn Mariene Strategie (FOD Leefmilieu, Dienst Marien Milieu) en wordt naast deze laatste tevens financieel ondersteund door het Nationaal Dataverzamelingsprogramma (Vlaanderen), de provincie West-Vlaanderen en het VLIZ. Dit geeft de unieke mogelijkheid om recreatieve visvangsten gedurende meerdere jaren in kaart te brengen en op deze wijze eventuele trends te detecteren.  De komende jaren zal hier dan ook verder op ingezet worden. Mede wordt beoogd om in de toekomst betere inzichten te verwerven in de vangsten gegenereerd binnen wedstrijdverband. Naast de vangst-gerelateerde dataverzameling vormt het verder in kaart brengen van de economisch meerwaarde (direct en indirect) van de sector een blijvend aandachtspunt.

Nieuwe EU zeebaarsmaatregel

Op 30 januari 2019 werd Verordening (EU) 2019/124 gepubliceerd die o.a. voorziet in de zeebaarsmaatregelen voor 2019. Binnen ICES-sectoren IVb/c, VIa en VIIa-k (inclusief Belgische wateren) mag tussen 1 april en 31 oktober 2019 maximaal één zeebaars per visser per dag worden gehouden. Buiten deze periode geldt een verbod op het aan boord houden en het aanlanden van zeebaars.

In de sectoren VIIIa/b (Franse wateren ten zuiden van Bretagne) geldt een daglimiet van 3 zeebaarzen per visser per dag.

Voor meer informatie kunt u hier (zie artikel 10) terecht.